De scheiding van stoffen is een maatregel welke in de PGS15 is opgenomen. Het BBT document geeft met betrekking tot dit onderwerp aan dat de opslag van te scheiden stoffen in aparte vakken dient plaats te vinden. Graag gaan we hier op in in dit artikel, welke we ook in onze cursus PGS15 hebben opgenomen.
Scheiding van stoffen binnen een vak betekent dat te scheiden stoffen in dezelfde opslagvoorziening aanwezig mogen zijn, maar in afzonderlijke vakken moeten worden opgeslagen. Vakken zijn fictief en hebben een grootte van 300 m2. Wanneer het niet mogelijk is om vakken te realiseren (wat vaak het geval is bij opslagvoorzieningen kleiner dan 10.000 kg), dient de opslag te gebeuren in een apart brandcompartiment, oftewel een afzonderlijke opslagvoorziening.
Stoffen die bijvoorbeeld van elkaar gescheiden moeten worden zijn brandbare vloeistoffen (ADR 3) en oxiderende stoffen (ADR 5.1). Ook zuren en logen dienen van elkaar gescheidien te worden. Als gescheiden opslag vereist is, kan dit worden bereikt door de te scheiden stoffen op te slaan in aparte delen binnen een vak. Dit kan worden gedaan door een afstand van minimaal 2 meter aan te houden of door de stoffen te scheiden met andere ADR-klasse gevaarlijke stoffen, waarvoor gezamenlijke opslag is toegestaan, over een breedte van minimaal 2 meter. Deze vorm van scheiding wordt doorgaans toegepast bij opslagvoorzieningen groter dan 10.000 kg. Een andere optie is de stoffen in aparte lekbakken op te slaan, wat meestal van toepassing is bij opslagvoorzieningen tot 10.000 kg. Tot slot kan scheiding worden gerealiseerd door de stoffen op te slaan in aparte brandcompartimenten, of door een stof op te slaan in een afgescheiden deel van een brandcompartiment dat aan drie zijden is omgeven door een muur met een brandwerendheid van ten minste 30 minuten.
Als de beoordeling van de stoffenscheiding tot onoverkomelijke problemen leidt, kan ervoor worden gekozen om producten met verschillende gevaarseigenschappen (etiketten) in aparte opslagvoorzieningen op te slaan. Deze methode is echter niet geschikt voor bijtende stoffen met etiket nr. 8, omdat deze zowel zuur als basisch kunnen reageren; voor deze groep stoffen moet altijd worden beoordeeld of ze niet onderling aan de criteria voldoen.
Op zoek naar een E-learning cursus PGS15?