Aan de buitenzijde van een opslagvoorziening, nabij de toegangsdeur(en), moeten op duidelijk zichtbare plaatsen waarschuwingsborden worden geplaatst die het gevaar van de opgeslagen stoffen, inclusief de CMR stoffen, aanduiden. In dit artikel en in onze PGS15 cursus gaan we hier nader op in.
In de PGS15 is aangegeven dat aan de buitenzijde van een opslagvoorziening, nabij de toegangsdeur(en), op duidelijk zichtbare plaatsen het gevaar van de opgeslagen stoffen, inclusief de CMR stoffen, aangeduid moet zijn. De gevaarsymbolen die zijn aangebracht dienen conform het ADR en conform het GHS te zijn. De aangebrachte ADR symbolen moeten een minimale afmeting 20 x 20 cm hebben. Om hulpverleners direct inzicht te verschaffen in de gevaren van de opgeslagen stoffen, is de verplichting opgenomen om ADR gevaarsymbolen aan de buitenzijde van de opslag te voorzien. Om tevens te voldoen aan de arbeidsomstandighedenwetgeving ter bescherming van de werknemers, is opgenomen dat minimaal de CLP gevaarsymbolen opgenomen moeten worden van de stoffen waarvoor geen overeenkomstig ADR gevaarsymbool is. Dit betekent dat daar waar de bij de CLP verordening voorgeschreven gevarenpictogrammen verband houden met dezelfde gevaren als die van het vervoer van gevaarlijke goederen, ADR, de bij de CLP verordening voorgeschreven gevarenpictogrammen niet tevens aangebracht behoeven te worden.
Wanneer in een open opslagvoorziening verschillende stoffen in vakken, clusters, of secties zijn opgeslagen, volstaat het om per vak, cluster of sectie het gevarensymbool aan te brengen. Uitsluitend de gevaarsaanduiding ‘LQ’ is niet toereikend. Men kan ervoor kiezen om de waarschuwingsborden af te stemmen op de gemelde / vergunde gevaarlijke stoffen of uitsluitend de aanwezige gevaarlijke stoffen. Bij alle opslagvoorzieningen behoort tevens het verbodsbord ‘Vuur, open vlam en roken verboden’ te zijn aangebracht. In de ISO 7010 norm zijn de gevaarsymbolen opgenomen die voor de veiligheidssignalering gebruikt moeten worden.
De tijdelijke opslag als niet-Uniegoederen van CMR stoffen en/of acuut toxische stoffen welke niet vallen onder het ADR is beperkt tot 90 dagen. Dit is conform het Handboek Douane opgesteld door het Ministerie van Financiën. Van deze verplichting is uitgezonderd de tijdelijke opslag als niet-Uniegoederen in afwachting van plaatsing onder een douaneregeling of wederuitvoer.
Ben je op zoek naar een PGS15 cursus? Die kun je als E-learning PGS15 volgen en als open inschrijving.